Ik had mijn tijd wel nodig bij dit examen.. Het was inderdaad veel inzicht en toch redelijk weinig inzicht.. Ik dacht dat ik 'm niet zo goed had gemaakt maar kom uit op 37 punten
, al heb ik wel streng nagekeken. Bij vraag 6 (beredeneer waardoor een ijskap in het Andesgebergte aan de oostzijde meestal groter is dan aan de westzijde van deze bergketen) was het antwoord dat het te maken had met loef- en lijzijden.. Is dan het antwoord dat er in dat gebied westenwinden zijn, dus aan de westkant minder ijs zit, ook goed? en verder vragen ze bij vraag 21 om een sociaal-culturele dimensie voor de daling van de vruchtbaarheid.. kijk je bij de antwoorden.. en dan zie je: toenemende emancipatie van de vrouw en meer onderwijs.. Toch vind ik dit zelf wat meer richting de economische kant gaan.. wat vinden jullie? 
